maandag 13 juni 2016

In den beginne 4



 Op een morgen werden zij wakker uit een diepe slaap, keken naar elkaar en schrokken, ze waren naakt. Deze diepe slaap was het gevolg van hun vastberadenheid te scheppen zonder hun Vader. Zij kregen gevoelens, die zij niet kenden en zij bedekten hun lichamen, die toch zo prachtig waren. Zij begonnen te communiceren in woorden die niet de lading dekten van wat zij voelden aan schaamte, schuldgevoel en lust. Zij gingen proberen terug te keren tot de staat waarvandaan ze kwamen, maar raakten er steeds verder van verwijdert. Ze begeerden elkander, een gevoel wat nieuw was, voor hen, maar het was maar van korte duur en dan was er opnieuw dat gevoel van slecht zijn, schuldig voelen, zich schamen. En zij begonnen voor elkaar te verbergen wat ze voelden en dachten van elkaar, dat de ander nog wel bezat wat ze zelf meenden te missen. Er kwam wederzijdse jaloezie bij, een niet gunnen, want de ander had immers iets wat niet gedeeld werd. En dan nog de taal, die te gebrekkig was en teveel tekort schoot om weer te geven wat ze voelden. En de vrouw raakte zwanger en baarde een kind en voelde meteen dat dit iets van haar was. En het verzachte de pijn die ze gevoeld had bij de geboorte van dit kleine schepseltje, waar ze onvoorwaardelijk van hield. Het gaf haar IETS terug, van wat ze eigenlijk niet precies meer wist wat het was. Het werd een soort verlangen. En de man werd jaloers, want het kind kreeg iets dat hij niet kreeg en dat maakte een  nieuwe emotie los en wel woede. En zo zakten ze steeds verder de diepte in en ziehier, de illusie was geboren. 

Liefs,    Martha

Vogelvlucht



Lieve mensen,

Vanmorgenvoelde ik me onrustig er woelde iets in mij.

Ik wil dat graag met jullie delen. Toen ik nog een kind was, heb ik steeds opnieuw mijn neus moeten stoten, tegen de onverbiddelijkheid van mijn moeder. 

Nu weet ik dat zij een van de mensen was, die mij heeft laten zien, wat niet bij mij hoorde. Maar in die tijd, ben ik mijzelf gaan beschermen door aanpassing. 

Zij liet mij voortdurend, vanuit haar eigen schuldgevoel vanuit haar jeugd, weten dat ik alles fout deed en slecht was. En omdat ik zo graag ‘goed’ wilde zijn, deed ik alles wat zij van mij verlangde en nog meer. 

Ik deed zo mijn best, omdat ik voelde dat het bij mijn moeder zat, deze gevoelens en ik leed met haar mee, ik voelde wat zij voelde en begreep. 

En daarom deed ik mijn uiterste best om het haar naar de zin te maken. Natuurlijk was de waardering gering, want zij ging zich daardoor nog meer schuldig voelen om dat ik zo mijn best deed voor haar. 

En zo ontstaat een vicieuze cirkel waar zij, nog ik als kind, doorheen kon breken. Elke zondag naar de kerk, zelfs twee keer en uiteindelijk ging ik erin geloven dat ik, zo slecht als ik was, wel in de hel moest belanden en kreeg nachtmerries waar ik in gehaald werd door de duivel. 

Ik kon daar met niemand over praten, want dan zouden mensen zich van mij afkeren als ze merkten hoe slecht ik was. Zelfs mijn vader wist hier niets van. 

En mijn enige zus verzette zich op een heel andere manier tegen mijn moeder en voelde zeker niet met haar mee. 

Ik voelde me doodongelukkig en door God in de steek gelaten, want zo slecht als ik was, zou Hij toch ook niets met mij te maken willen hebben. 

Met achttien jaar ging ik trouwen, niet omdat het een ‘moetje’ was maar om uit huis te zijn. Niet wetende dat ik een man in mijn leven kreeg die mijn moeder verving in veel opzichten en alles ging gewoon verder. 

Zeker mijn straf, dacht ik. We kregen 2 kinderen en na dertien jaar huwelijk was ik zover dat ik voor mezelf durfde te kiezen, niet wetende hoe. Wel weet ik nu, dat de vader van mijn kinderen net zo ongelukkig was met mij als ik was met hem. 

Ik was ruim dertig toen ik eindelijk langzaam maar zeker de weg naar mezelf vond. Ik keerde me van de kerk af en gaf die de schuld van mijn gevoel van slecht zijn. Dat werkt natuurlijk niet. 

Na veel omzwervingen en menige zijweg in mijn leven leerde ik mijn tweede man kennen en wij trouwden. Maar na een jaar wilde hij niet meer leven en maakte er een eind aan. 

Uiteindelijk ben ik een week in een klooster beland in Heeswijk Dinther, waar ik een midweek heb gehad voor mensen die te maken hadden gehad met zelfdoding.

Wat een openbaring!! Prachtig, deze week, voor zover je dit zo kunt noemen. Het heeft mij goed geholpen. 

En eindelijk gaf ik bakzeil en draaide me helemaal om in mijn leven. Ik begon aan zelfverantwoording.

Allemaal boeken gelezen, workshops gedaan, maar uiteindelijk heb ik het zelf gedaan. Door dit alles ben ik de vrouw die ik nu ben en daar houd ik veel van en we kunnen ook heel goed samen door een deur. 

Mijn derde man ben ik nu bijna tien jaar mee getrouwd en ik houd zielsveel van hem. Hij kwam in mijn leven toen ik alles had laten gaan wat betreft, hoe een relatie moet zijn en wat de ander mij zou ‘moeten’ bieden.   

Ik hoop, lieve mensen,  dat jullie je hierin kunnen vinden of een stukje, of dat jullie het op een of andere manier kunnen toepassen in je leven.

Mijn leven in vogelvlucht laat zien dat God MIJ niet in de steek heeft gelaten, maar IK God en dat ik als de totale Liefde die ik ben, heel goed uit mijn strijd-tijd ben gekomen.

En dat is wat ik jullie ook toewens,

In Liefde,     Martha